Breedte opmeten 

Bij het opmeten van de breedte tel je 5 tot 10 cm op zodat het gordijn ook later goed blijft sluiten. Bij smalle ramen is 5 cm voldoende, bij bredere ramen hou je 10 cm extra aan.

Let op; bij een stolpplooi doe je dit niet, de gordijnen kunnen met dit type plooi niet schuiven. Ook bij een tunnel is het opgeven van extra breedte niet nodig.

Meer informatie over het meten van de breedte bij:
	Plaatsen op rails
	Plaatsen op roede - ringen aan roede
	Plaatsen op roede - zeilringen in gordijn
	Plaatsen op roede - tunnel boven
	Plaatsen op roede- tunnel boven en onder
	Vouwgordijn

Bekijk hieronder onze video

Zo weet je alles over het opmeten van je gordijnen voordat je begint!

Download hier de papieren versie van het bestelformulier voor het noteren van alle gegevens voordat je gaat bestellen

Wil je alle tips ook liever even rustig op papier doorlezen? Download hier alle aanwijzingen voor het meten van je gordijnen.

Algemene tips voor het opmeten van uw gordijnen

• Gebruik een metalen rolmaat voor het opmeten van de breedte. Stoffen meetlinten kunnen door gebruik uitrekken.
• Meet de volledige maat in 1 keer om fouten te voorkomen.

Aandachtspunten bij het doorgeven van de breedte

• Houdt er rekening mee dat (over)gordijnen breder uithangen aan de onderzijde als ze kort zijn. Hoe korter het gordijn hoe meer u hier last van zult hebben. Bij vitrages is dit effect wat minder omdat de stof soepeler valt en er een loodveter onderin zit.
• Wil je gordijnen zonder lengtenaden? Zorg dan dat je kiest voor een kamerhoge stof. Alle breedtestoffen worden geleverd met lengtenaden omdat de banen aan elkaar gezet moeten worden, iedere baan kan afhankelijk van de gekozen plooi maximaal 80 tot 85cm worden.